Broedproces van kerkuilvrouwtje

Na het leggen van het eerste ei begint het wijfje direct te broeden. Twee tot vijf keer per uur keert ze de eieren met de onderkant van de snavel. Het regelmatig keren van de eieren is van groot belang voor de ontwikkeling van de kiem (goede warmteverdeling), voor de vochthuishouding en het goed uitgroeien van de vliezen.

Na het leggen van het eerste ei begint het wijfje direct te broeden. Twee tot vijf keer per uur keert ze de eieren met de onderkant van de snavel. Het regelmatig keren van de eieren is van groot belang voor de ontwikkeling van de kiem (goede warmteverdeling), voor de vochthuishouding en het goed uitgroeien van de vliezen. Jullie kijkers hebben ook kunnen zien dat het vrouwtje een paar keer per uur van plaats verandert zodat de warmte goed verdeeld wordt over de eieren. Tijdens de warme dagen stapt het vrouwtje zo nu en dan van het nest, zodat de eieren niet te warm worden. En tijdens de laatste koude dagen komt ze praktisch niet van het nest af. Wat is alles perfect geregeld!

Stel je vraag aan ons

Pictogram

Wil je de Friese natuur een handje helpen?

Doe een donatie
It Fryske Gea maakt gebruik van functionele en analytische cookies om jouw ervaring op onze website te verbeteren. Door akkoord te gaan met de tracking cookies kunnen wij jou gerichte berichten over de natuur en onze activiteiten op social media en via derde partijen tonen. Lees meer over cookies