Veel oudere grutto’s trekken alweer van hun broedlocaties naar voedselrijke plekken om zich vol te vreten voor hun lange tocht naar Afrika. In deze tijd komen bovendien de laatste nesten uit. Voor de kuikens breekt er een spannende tijd aan. Helaas redden veel jonge grutto’s het niet. Ze dienen – zoals het in de natuur werkt – tot voedsel voor een marterachtige, vos, reiger of zwarte kraai, of ze komen onder de maaimachine. En dan is er nog de kans dat ze verhongeren doordat ze te weinig insecten kunnen vinden, bijvoorbeeld door onstuimig weer. Zo komt het dat Nederland in 1970 nog 120.000 grutto’s telde, en nu nog hooguit 30.000.