Over dit gebied
Oorspronkelijk waren de bosjes van Grikelân en Turkije gepland voor het hakhout. Tegenwoordig heeft het oogsten van het hout niet meer de hoogste prioriteit. It Fryske Gea probeert juist meer variatie in het gebied te laten ontstaan.
Het doel is om opgaande bosjes te laten ontstaan. Dit betekent dat er hoge bomen groeien met daaronder veel verschillende struiklagen met hulst. Hier komt wel een uitdaging bij kijken, namelijk het zorgen voor genoeg licht op de bosbodem. Alleen bij genoeg licht wil er een kruidlaag groeien. Op deze wijze wordt een bos ontwikkeld met drie etages: een kruidlaag, struweel en bomen.
Voor het Kaetsjemuoisbosk, een afzonderlijk bosgebied nabij de sportvelden van Mûnein, heeft It Fryske Gea een andere aanpak gekozen. Hier wordt ieder jaar een vijftiende deel van het bosje gekapt voor het hakhout. Door deze aanpak wordt het niet een opgaand eentonig bos en is er constant variatie in het groeiproces. Na vijftien jaar is de hele cyclus rond en kan deze opnieuw beginnen.
