Tsjongerwâlen
De invloed van de mens is in veel natuurgebieden van It Fryske Gea duidelijk zichtbaar. Zo ook bij de Tsjongerwâlen. Rond 1870 werd de Tjonger ten behoeve van de scheepsvaart en de ontwatering gekanaliseerd. Het (regen)water en ook de schepen konden zo sneller door het gebied stromen.
Een overblijfsel uit deze periode zijn de Tsjongerwâlen. De gravers van het kanaal lieten namelijk veen, zand en keileem achter. Hierdoor ontstonden tussen Makkinga en Donkerbroek hoge zand- en leemwallen. Tegenwoordig zijn deze hooggelegen wallen begroeid met bos.
“Fiets je over het fietspad langs het Tjongerkanaal? Geniet dan van het uitzicht over de hooggelegen bosjes van de Tjongerwâlen en kijk uit over het kanaal.”
In het voorjaar klinkt langs de Tjonger het gekwetter van verschillende zangvogels. De merel is een voorbeeld van zo´n mooie zangvogel. Het is één van de bekendste vogelsoorten in Nederland en je herkent het zwarte mannetje aan zijn oranje snavel. Ze zijn misschien niet heel bijzonder, maar hun prachtige gezang fleurt een fietstocht langs het kanaal helemaal op.
