Over dit gebied
De Warkumermar is een polder die zijn naam dankt aan het in 1877 en 1878 drooggemalen meer. Bijzonder is dat het tot het laagste land van Fryslân behoort (-3,0 meter NAP). Het voormalige eiland ‘de Breewar’ is door het hoogte verschil dan ook nog goed te zien. Net als de drukke weg (N359), die helaas dwars door de Warkumermar loopt. Gelukkig houdt het de natuur niet tegen. It Fryske Gea is dan ook blij met de status van reservaat.
De polder staat ‘s winters gedeeltelijk onder water (plas dras) en is in trek bij weidevogels. Eenden als de slobeen, krakeend, zomertaling, kuifeend en wilde eend vertoeven graag in de met waterplanten begroeide slootjes. De plant de holpijp zorgt ervoor dat het water een beetje brak is.
Oude veenpolder vlakbij Workum
De Aeltsjemar is rond 1644 drooggelegd. In greppels en sloten komt hier ijzerhoudend grondwater aan de oppervlakte, waardoor de paardenbloem en zuring het goed doen. Beide polders zijn belangrijk voor ganzen. De omgeving kent belangrijke slaapplaatsen, zoals de Bombrekken, de Oudegaasterbrekken en de Blauhústerpolder. Het zijn vooral de kolgans, brandgans en de grauwe gans die zich laten zien, maar ook de kleine rietgans komt geregeld langs.