Veldonderzoek in district West

Dit jaar is veel onderzoek gedaan langs de Fryske Iselmarkust. Zowel de flora als de broedvogels zijn integraal in kaart gebracht, van de Steile Bank bij de Lemmer tot aan de Makkumer Waarden onder de Ofslútdyk. De gebieden langs de kust strekken zich over een lengte van ongeveer 35 kilometers met een gezamenlijk oppervlakte van meer dan 800 hectare. De gebieden zijn zeer divers, maar hebben allemaal een vochtig tot nat karakter. Dit varieert van al dan niet verruigde zandplaten, rietoevers, al dan niet gemaaide rietmoerassen, natte ruigtes, elzen- en wilgenbroekbossen, natte schrale hooilanden, drogere stroomdalgraslanden en open water in de vorm van ondiepe geulen en plassen.

De flora zijn door medewerker Henk J. Jager is samenwerking met vrijwilliger Klaas Ybema geïnventariseerd. Klaas heeft de flora van de bijzondere stroomdalgraslanden in de Huitebuersterbûtenpolder en de Bûtenwallen onderzocht. De resultaten hiervan komen in een volgende nieuwsbrief aan bod.

De broedvogels van de Fryske Iselmarkust zijn geïnventariseerd door Sovon Vogelonderzoek Nederland in samenwerking met veel trouwe vrijwilligers. In het Murnzerklif ten zuiden van Murns tellen Ype en Tryntsje Albada als sinds 2004 en dus al 16 jaar. Sinds de aanleg van de drie zandplaten voor de kust bij de Bocht fan Molkwar telt een vaste groep vrijwilligers de broedvogels, namelijk Popke de Boer, Ep van Hijum, Lolke Veenstra, Yde Kuipers en Jappie Muizelaar. Siebe Tjalsma hielp zo nu en dan mee als gastteller. Medewerker Harry Wijbrands en vrijwilliger Jan Kramer tellen vanaf 2016 samen de Warkumerbûtenwaard op bijzondere broedvogelsoorten. In 2019 zijn alle broedvogelsoorten in kaart gebracht. Een wisselende groep met de laatste jaren in ieder geval Dick en Tjerk Andringa en Jetze en Sietse Genee tellen de bijzondere broedvogels van een deel van 54 hectare van de Makkumer Súdwaard als sinds 2002. In 2019 heeft Sovon-medewerker Jelle Postma de groep geholpen om alle soorten van het in totaal 98 hectare grote moerasgebied te tellen.

In 2012 vond ook een integrale broedvogelkartering plaatst langs de Fryske Iselmarkust met een vergelijkbare oppervlaktegrootte. Hierdoor is het mogelijk om 880 hectare met elkaar te vergelijken. In 2019 zijn 91 broedvogelsoorten vastgesteld langs de Fryske Iselmarkust waarvan 81 kwantitatief zijn geteld. Ten opzichte van de kartering van 2012 zijn in 2019 zeventien nieuwe soorten vastgesteld. Soorten als de Grote Zilverreiger, de Watersnip, de Grauwe klauwier, de Grote karekiet waren in 2012 niet vastgesteld. Onduidelijk is of de territoria van de Grauwe klauwier en de Grote karekiet incidenteel waren of een aanzet tot een vaste broedpopulatie.

“De afwisseling van open water en moeras langs de Fryske Iselmarkust vormt een belangrijk leefgebied voor de Zomertaling”

Er zijn 24 Rode Lijst-soorten vastgesteld. Soorten met de status ‘bedreigd’ zijn Zomertaling (18 territoria), Watersnip (vijf territoria), Grauwe klauwier (één territorium) en Grote karekiet (één territorium). De Zomertaling kwam veel voor langs de oostelijke oeverzones van de Makkumerwaarden met tien territoria. De landelijke afname van deze eend heeft vooral te maken met het intensieve gebruik van weidegronden en hooilanden. Vooral de afwisseling van open water en moeras langs de kust vormt een belangrijk leefgebied. De ontwikkeling van de Zomertaling lijkt positief, want in 2012 werden slechts vier territoria vastgesteld.

De Watersnip is vastgesteld in de Makkumer Noardwaard met twee territoria en de Bocht fan Molkwar met drie territoria. Onduidelijk is of de Watersnip in 2019 succesvol is geweest. Droogte en toenemende vegetatiegroei vanaf mei maakten de gebieden minder geschikt als leefgebied voor de Watersnip. Watersnip heeft zeer natte graslanden of gemaaide rietlanden nodig om te kunnen foerageren.

Verrassend was het territorium van de Grauwe klauwier in de Koaiwaard. De locatie lijkt echter een zeer geschikt broedbiotoop, namelijk halfopen, structuurrijk bos met wilgen en meidoorns in afwisseling met schraalland en ruigte. De Grauwe klauwier heeft namelijk variatie in structuur nodig in een halfopen landschap, waarbij een groot insectenaanbod cruciaal is.  De Grote karekiet (één territorium) is de enige soort met de status ‘ernstig bedreigd’ en is vastgesteld in een rietzoom bij de Mokkebank. De Grote karekiet heeft dik, overjarig riet nodig en een natuurlijk waterpeil. Mogelijk zorgt het nieuwe peilbesluit van het Iselmar van 2018 in de toekomst voor de ontwikkeling van meer geschikt riet voor de Grote karekiet.

Andere bijzondere soorten, voor wat betreft aantallen of voorkomen, zijn de Krooneend (14 territoria), Fuut (95 territoria), Roerdomp (elf territoria), Blauwe reiger (61 territoria), Grote zilverreiger (34 territoria), Zeearend (één territorium) en Kneu (53 territoria). Het eerste broedgeval van de Krooneend was in 2005 in de Makkumer Súdwaard en in 2012 zijn twaalf territoria vastgesteld. De Krooneend blijkt dus een vaste broedvogel te zijn  en heeft zijn broedgebied uitgebreid in oeverzomen van Makkumer Noardwaard, de Koaiwaard, de Bocht fan Molkwar en de voormalige zandplaat van de Steile Bank.  De Krooneend is een goede indicator voor helder water met kranswieren en fonteinkruiden.

Het hoge aantal Futen is typisch voor de Fryske Iselmarkust. De lengte van de rietoever in combinatie met veel visrijkwater zorgt plaatselijk zelfs tot kolonievorming, bijvoorbeeld bij de Huitebuersterbûtenpolder. In 2012 zijn 46 territoria vastgesteld.  De Fuut is toen echter niet gekarteerd op de Makkumer Noardwaard, terwijl in 2019 22 territoria zijn vastgesteld. Hierdoor is lastig te beoordelen of de soort is toegenomen.

De Makkumer Noardwaard staat bekend om de kolonie Blauwe en sinds kort ook om die van de Grote zilverreiger. Dit jaar is de kolonie voor de tweede keer met een drone in beeld gebracht. Dit lijkt een bijzonder effectieve methode met zeer weinig verstoring. De drone kan scherpe opnamen maken op voldoende hoogte. De Blauwe reiger komt al een paar decennia voor op de Makkumer Noardwaard en lijkt af te nemen. In de jaren ’00 werden ruim 100 bezette nesten geteld vanaf de grond en  tijdens de kartering in 2012 werden 91 nesten geteld. De Grote zilverreiger is als broedvogel in 2013 ontdekt, eerst vanuit een vliegtuig en later dat jaar vanaf de grond. De ontwikkeling van de populatie is nog onduidelijk, maar lijkt positief.

Slechts drie soorten zijn verdwenen, namelijk de Zwarte zwaan, de Grote mantelmeeuw en de Boompieper. Alle drie vogels waren in 2012 echter ook niet talrijk. Het territorium van de Zwarte zwaan lijkt een incidenteel geval van een ontsnapte vogel. In 2012 werden twee territoria van de Boompieper vastgesteld in de Koaiwaard wat nog steeds wel een geschikt broedbiotoop lijkt. De toenemende verbossing in de moerassige delen maakt het biotoop in de toekomst waarschijnlijk nog geschikter. De Grote mantelmeeuw kwam in 2012 met twee territoria voor de platen bij de Bocht fan Molkwar. Hier is het biotoop minder geschikt geworden door successie naar ruigte.

Een verlaten rietmoeras, maar niet voor rietvogels
Een klein gebied wat in 2019 nog intensiever onderzocht is dan de Fryske Iselmarkust is de Bancopolder. Dit gebied is geïnventariseerd op flora en vegetatiedoor door medewerker Hendrik van der Wal, op dagvlinders en libellen door Berend Veenstra en op broedvogels door Sovon-medewerker Klaas Jager.

De Bancopolder is een karakteristiek laagveen gebied met legakkers, petgaten en veenmosrietlanden. Het beheer van dit gebied bestond, tot twee jaar terug uit rietmaaien in de winter. Dit beheer is lastig vol te houden, daarom heeft er de afgelopen twee jaar geen beheer plaatsgevonden. Uit de flora- en vegetatiekartering blijkt dat door het wegvallen van het maaibeheer de vegetatie veranderd. Door de hoge riet- en rietgrasvegetaties komen de zeldzamere soorten zoals Ronde zegge (bedreigd) alleen nog langs de slootkanten en in petgaten voor. Daar waar deze soorten nog licht vangen, kunnen ze stand houden. De strooiselophoping lijkt duidelijk effect te hebben. Onder het hoge riet, en daar waar het nat is, weet Moerasvaren zich geweldig uit te breiden. De Moerasvaren kan met haar kruipende wortelstokken sloten doen verlanden en dit is dan ook goed terug te zien in de Bancopolder.

De broedvogelpopulatie heeft zich geweldig ontwikkeld. Daar waar in het verleden weinig broedvogels voorkwamen, zijn in 2019 zowel de aantallen en de hoeveelheid soorten toegenomen. Zo hebben soorten als Roerdomp, Slobeend en Kwartel haar intrede gedaan in de Bancopolder. Ook niet eerder als broedvogel genoteerd, zijn de Bosrietzanger, Tafeleend en Koekoek. De soorten die profiteren van het hoge riet kennen dan ook een enorme toename in aantallen broedgevallen, denk hierbij aan Baardmannetje, Rietgorzen en Rietzangers.

Vroeger was de Bancopolder het leefgebied van de Grote vuurvlinder met de Waterzuring als waardplant. Deze endemische ondersoort is daar in 1996 voor het laatst waargenomen. De verdwijning is toegeschreven aan de veroudering van het veenmosrietland. Uit de inventarisatie van blijkt dat het vlinderbestand in 2019 gedomineerd werd door Distelvlinders. Dit is een landelijke trend en is dus geen verrassing. Spaarzaam werden enkele Argusvlinders waargenomen in de Bancopolder. Op de hoge droge buitenkades van de Bancopolder fladderden Kleine vuurvlinders rond, een prachtig gekleurde vlinder die Schapenzuring en Veldzuring als waardplanten gebruikt. Een nachtvlinder met dezelfde waardplanten die ook in het gebied is waargenomen, is de Zuringspanner. Dit is een zeer algemene nachtvlinder van vooral de zandgronden. Deze fraaie vlinder heeft een fraaie olijfgroene tot okergele grondkleur met purperkleurige banden vallen daardoor goed op.

In 2020 zal It Fryske Gea het beheer van de Bancopolder evalueren. Op basis van de uitkomsten van deze evaluatie zal It Fryske Gea haar beheer toespitsen.

Benieuwd naar onze overige onderzoeksresultaten?

Wij hebben ook voor de districten West, Midden en Súd veldonderzoek verricht en de meest in het oog springende onderzoeken en resultaten op een rij gezet. Bekijk alle inventarisaties en karteringen van 2019.

 

Pictogram

Wil je de Friese natuur een handje helpen?

Doe een donatie
It Fryske Gea maakt gebruik van functionele en analytische cookies om jouw ervaring op onze website te verbeteren. Door akkoord te gaan met de tracking cookies kunnen wij jou gerichte berichten over de natuur en onze activiteiten op social media en via derde partijen tonen. Lees meer over cookies