Herinrichting Lânseinpolder

De Lânseinpolder, gelegen binnen het Natura 2000-gebied Friese Meren, kent een rijke geschiedenis als hooiland. Met een oppervlakte van 31,8 hectare bestaat de polder voornamelijk uit grasland, waarvan enkele percelen vochtig en bloemrijk zijn, terwijl andere door intensief gebruik nog minder kruidenrijk zijn.

De herinrichting van de polder is noodzakelijk om zowel de landschappelijke als ecologische waarde te vergroten. Samen met de Provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân is gekozen om de polder te ontwikkelen tot een gebied met natte, bloemrijke hooilanden. Dit draagt op termijn bij aan het behoud en herstel van soorten zoals de Noordse woelmuis, watersnip, roerdomp en porseleinhoen en vormt het een belangrijk toevluchtsoord voor wintergasten, zoals eenden en ganzen. Daarnaast biedt de polder potentieel voor broedplaatsen van weidevogels, zoals de grutto en tureluur.

Ingrepen

Om de gewenste natuurdoelen te realiseren, zijn diverse ingrepen uitgevoerd:

  • Waterbeheer: Een nieuwe stuw is geplaatst om het waterpeil te verhogen en vernatting in de winter en voorjaar mogelijk te maken. De greppelstructuur is aangepast door het frezen van de greppels en het aanleggen van nieuwe kopakkerbuizen.
  • Verfraaiing en verbreding van sloten: Slotoevers zijn verflauwd en sommige sloten zijn verbreed om ruimte te bieden voor rijke oeverbegroeiing. Ruime duikers in dammen zorgen voor betere waterdoorstroming en leefomstandigheden voor waterplanten, vissen en insecten.
  • Versterking rietkragen: De kwetsbare rietkraag aan de westzijde is tijdelijk versterkt met een damwand om verdere schade door de zuidwestenwind te voorkomen. Dit voorkomt verdere erosie, creëert rustiger water en vispaaimogelijkheden en biedt mogelijkheden voor herstel van de rietkraag.
  • Landschapsbeheer: Enkele wilgenbomen zijn verwijderd om de landschappelijke openheid te behouden en oeverbeschadiging door omvallende bomen te voorkomen.

Gewenste resultaten

Met deze maatregelen wordt gestreefd naar een landschappelijke en ecologische versterking van de polder door deze op termijn om te vormen tot een rijke en diverse hooilanden die geschikt zijn voor verschillende vogelsoorten, zoogdieren en waterleven die horen bij Fryslân. Het project richt zich op het behoud van belangrijke soorten, zoals de Noordse woelmuis, watersnip en roerdomp, en het creëren van rustplaatsen voor wintergasten. Tegelijkertijd wordt de landschappelijke waarde van dit karakteristieke Friese landschap, het zogenaamde ‘bûtlân’, behouden, met aandacht voor de openheid en de karakteristieke hooilanden in het gebied. Door deze inspanningen draagt de herinrichting bij aan het behalen van de Natura 2000-doelen in het Friese Meren-gebied.

Pictogram

Wil je de Friese natuur een handje helpen?

Doe een donatie
Onze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken. Klik op 'Ik ga akkoord' om toestemming te geven voor het plaatsen van cookies. Lees meer over cookies