Het Rijksmonumentale poortgebouw is voorzien van sierankers die 1603 vermelden als bouwjaar. In de voorgevel bevindt zich een wapensteen van de Eisinga’s en de van Heringa’s. De topgevels bevatten kleinere stenen uit de zeventiende eeuw, de onderbouw bestaat uit middeleeuwse kloostermoppen, mogelijk afkomstig van de in 1515 verwoeste stins.
Opmerkelijk zijn de veertien gaten bovenin het poortgebouw, dit zijn vlieggaten voor duiven. Boven de poort bevond zich de duiventil. Niet alleen produceerden de duiven veel mest voor de moestuin, jonge duiven golden als een niet te versmaden lekkernij. Ze belandden op de eettafel van de eigenaren of leverden op de markt behoorlijk wat geld op.
In verband met de overlast van de duiven op de landerijen was het houden van duiven vanaf de dertiende eeuw gebonden aan grondbezit. Daardoor konden alleen adel, landjonkers en geestelijkheid zich deze luxe veroorloven. In Fryslân zijn zes duivenslagpoorten bewaard gebleven.