Een deel van de graslanden in de Ryptsjerksterpolder komt van half oktober tot half maart onder water te staan. Het gebied trekt dan veel overwinterende ganzen, eenden en zwanen aan. Duizenden kolganzen, brandganzen en smienten houden een tussenstop voor ze in het voorjaar naar hun broedgebieden in het hoge noorden vliegen.
In het voorjaar is de droogvallende polder een eldorado voor grote aantallen weidevogels als grutto, tureluur en veldleeuwerik. De vogels maken met name gebruik van de zomerpolders om er te foerageren en na droogvallen om er te nestelen. De kluten en visdiefjes weten het natuurgebied ook steeds beter te vinden. In het riet van de petgaten broeden bruine kiekendief, baardmannetje, roerdomp, blauwborst, waterral, kleine karekiet en veel rietzangers. Ook roofvogels als de slechtvalk, de bruine kiekendief en met een beetje geluk de zeearend, zijn hier vaak te bewonderen.